Leveringsvoorwaarden

Leveringsvoorwaarden Dry Works Vochtservice BV te Almere.

Artikel 1: OFFERTE, OPDRACHT

1. De offerte wordt schriftelijk uitgebracht, behoudens spoedeisende omstandigheden.

2. In de schriftelijke offerte wordt onder meer aangegeven:

a. de plaats van het werk;
b. een omschrijving van het werk;
c. volgens welke tekeningen, technische omschrijvingen, ontwerpen en berekeningen het werk zal worden uitgevoerd;
d. de prijs van het in de offerte omschreven werk, de omzetbelasting daarin niet begrepen.
e. betalingswijze bij opdrachtverstrekking;
f. of hoeveelheden verrekenbaar zullen zijn, en zo ja welke;
g. de toepasselijkheid van deze algemene voorwaarden op de offerte en op de daaruit voortvloeiende aannemingsovereenkomst.

3. De offerte wordt gedagtekend en geldt ingaande die dag gedurende zestig dagen.
4. Tekeningen, technische omschrijvingen, ontwerpen en berekeningen, die door de aannemer of in zijn opdracht vervaardigd zijn, blijven eigendom van de aannemer. Zij mogen niet aan derden ter hand worden gesteld of getoond met het oogmerk een vergelijkbare offerte te verkrijgen. Zij mogen evenmin worden gekopieerd of anderszins vermenigvuldigd. Indien geen opdracht wordt verleend dienen deze bescheiden binnen 14 dagen na de afwijzing aan de aannemer te worden geretourneerd.
5. Wanneer de offerte niet wordt geaccepteerd, is de aannemer gerechtigd de kosten die gemoeid zijn met het tot stand brengen van de offerte aan degene op wiens verzoek hij de offerte uitbracht in rekening te brengen, indien hij dat voor het uitbrengen van de offerte heeft bedongen.
6. Wanneer de offerte door opdrachtgever wordt geaccepteerd wordt deze opdracht. Indien opdrachtgever schriftelijk opdracht geeft waarin andere bepalingen dan die van de offerte van kracht zijn, is aannemer gerechtigd de opdracht niet te accepteren. Indien de opdrachtgever de offerte (mondeling) accepteert zijn de voorwaarden in de offerte bepalend.

Artikel 2: RISICOREGELING

Onverminderd de toepasselijkheid van een risicoregeling voor de verrekening van wijzigingen van lonen en prijzen, blijven kostenverhogingen die zich voordoen binnen drie maanden na totstandkoming van de overeenkomst , voor rekening van de aannemer.

Artikel 3: VERPLICHTINGEN VAN DE OPDRACHTGEVER

1. De opdrachtgever zorgt ervoor dat de aannemer kosteloos tijdig kan beschikken:

- over de voor de opzet van het werk benodigde gegevens en goedkeuringen (zoals vergunningen, ontheffingen en beschikkingen), zo nodig in overleg met de opdrachtnemer;
- over het gebouw, het terrein of het water waarin of waarop het werk moet worden uitgevoerd;
- over voldoende gelegenheid voor aanvoer, opslag en/of afvoer van bouwstoffen en hulpmiddelen;
- over aansluitingsmogelijkheden voor elektrische machines, verlichting, verwarming, gas, perslucht en water.

2. De benodigde elektriciteit, gas en water zijn voor rekening van de opdrachtgever.
3. De opdrachtgever dient ervoor te zorgen, dat door anderen uit te voeren werkzaamheden en/of leveringen, die niet tot het werk van de aannemer behoren, zodanig en zo tijdig worden verricht, dat de uitvoering van het werk daarvan geen vertraging ondervindt.

4. Betaling van de facturen dienen binnen een termijn van 30 dagen na ontvangst voldaan te zijn.

ArtikeI 4: AANSPRAKELIJKHEID VAN DE OPDRACHTGEVER

1. De opdrachtgever draagt de verantwoordelijkheid voor de door of namens hem voorgeschreven constructies en werkwijzen, daaronder begrepen de invloed, die daarop door de bodemgesteldheid wordt uitgeoefend, evenals voor de door of namens hem gegeven orders en aanwijzingen.
2. Indien bouwstoffen of hulpmiddelen, die de opdrachtgever ter beschikking heeft gesteld, dan wel door hem zijn voorgeschreven, gebreken mochten hebben, is de opdrachtgever aansprakelijk voor de daardoor veroorzaakte schade.
3. De gevolgen van de naleving van wettelijke voorschriften of beschikkingen van overheidswege die na de dag van de offerte in werking treden, komen voor rekening van de opdrachtgever.
4. De opdrachtgever is aansprakelijk voor schade aan het werk als gevolg van door hem of in zijn opdracht door derden uitgevoerde werkzaamheden of verrichte leveringen.

5. Indien na de totstandkoming van de overeenkomst blijkt dat het bouwterrein verontreinigd is of de uit het werk komende bouwstoffen verontreinigd zijn, is de opdrachtgever aansprakelijk voor de daaruit voor de uitvoering van het werk voortvloeiende gevolgen.

Artikel 5: VERPLICHTINGEN VAN DE OPDRACHTNEMER

1. De opdrachtnemer is verplicht het werk goed en deugdelijk en naar de bepalingen van de overeenkomst uit te voeren. De opdrachtnemer dient het werk zodanig uit te voeren, dat daardoor schade aan persoon, goed of milieu zoveel mogelijk wordt beperkt.
2. De uitvoering van het werk moet zodanig zijn, dat deze conform de aangegane overeenkomst is.
3. Het werk en de uitvoering daarvan zijn voor verantwoordelijkheid van de opdrachtnemer met ingang van het tijdstip van aanvang tot en met de dag waarop het werk opgeschort wordt dan wel als gereed of opgeleverd wordt beschouwd.
4. Indien de aard van het werk hiertoe aanleiding geeft, stelt de aannemer zich voor aanvang van het werk op de hoogte van de ligging van kabels en leidingen.
5. De opdrachtnemer wordt geacht bekend te zijn met de voor de uitvoering van het werk van belang zijnde wettelijke voorschriften en beschikkingen van overheidswege, voor zover deze op de dag van de offerte gelden. De aan de naleving van deze voorschriften en beschikkingen verbonden gevolgen zijn voor zijn rekening.
6. De opdrachtnemer is verplicht de opdrachtgever te wijzen op onvolkomenheden in door of namens de opdrachtgever voorgeschreven constructies en werkwijzen en in door of namens de opdrachtgever gegeven orders en aanwijzingen, evenals op gebreken in door de opdrachtgever ter beschikking gestelde of voorgeschreven bouwstoffen en hulpmiddelen, voor zover de opdrachtnemer deze kende of redelijkerwijs behoorde te kennen.

Artikel 6: AANSPRAKELIJKHEID VAN DE OPDRACHTNEMER

1. Onverminderd de aansprakelijkheid van partijen krachtens de overeenkomst of de wet is de maximale aansprakelijkheid van de opdrachtnemer begrensd tot de hoogte van de aanneemsom, dan wel tot de hoogte van de in rekening gebrachte kosten van het werk waarop de aansprakelijkheidsdeel betrekking heeft.

2. De opdrachtnemer is aansprakelijk voor schade aan andere werken en eigendommen van de opdrachtgever voor zover deze door de uitvoering van het werk is toegebracht en te wijten is aan nalatigheid, onvoorzichtigheid of verkeerde handelingen van de opdrachtnemer, zijn personeel, zijn onderaannemers of zijn leveranciers.

Artikel 7: OPLEVERING EN GARANTIE

1. Het werk wordt na gereed melding door opdrachtnemer als opgeleverd beschouwd. Tot 14 dagen na de gereed melding heeft opdrachtgever het recht om gebreken te melden. Wanneer de gebreken terecht zijn is opdrachtnemer verplicht deze gebreken zo spoedig mogelijk en kosteloos te herstellen. De opdrachtgever is verplicht gebreken welke onder garantie vallen zo spoedig mogelijk te herstellen.

2. Na de oplevering is de opdrachtnemer niet meer aansprakelijk voor tekortkomingen aan het werk. Wel blijft opdrachtnemer verantwoordelijk voor onderdelen waarvoor een garantiecertificaat is afgegeven. De rechtsvordering uit hoofde van het in het vorige lid bedoelde gebreken is niet ontvankelijk, indien zij wordt ingesteld na het verlopen van de garantietermijn.

Artikel 8: SCHORSING, OPSCHORTING, BEËINDIGING VAN HET WERK IN ONVOLTOOIDE STAAT

1. De opdrachtgever is bevoegd de uitvoering van het werk geheel of gedeeltelijk op te schorten of te schorsen. Voorzieningen, die de opdrachtgever ten gevolge van de schorsing moet treffen, worden als meerwerk verrekend. Schade die de aannemer ten gevolge van de schorsing lijdt, dient opdrachtgever te vergoeden.
2. Indien gedurende de schorsing schade aan het werk ontstaat, komt deze niet voor de rekening van de opdrachtnemer.
3. Indien de schorsing langer dan 14 dagen duurt, kan de opdrachtnemer bovendien vorderen, dat hem een evenredige betaling voor het uitgevoerde gedeelte van het werk wordt gedaan. Daarbij wordt rekening gehouden met op het werk aangevoerde, nog niet verwerkte maar wel al door de opdrachtnemer betaalde bouwstoffen.
4. De opdrachtgever is te allen tijde bevoegd de overeenkomst geheel of gedeeltelijk op te zeggen. Indien de schorsing van het werk langer dan een maand duurt, is de opdrachtnemer bevoegd het werk in onvoltooide staat te beëindigen. In dat geval dient in overeenstemming met het volgende lid te worden afgerekend.
5. De opdrachtnemer heeft in dat geval, wanneer er geen kosten voor het werk gemaakt zijn, recht op 10% van de aanneemsom. Wanneer er wel kosten gemaakt zijn dan heeft opdrachtnemer recht op de aannemingssom, vermeerderd met de kosten die hij als gevolg van de niet voltooiing heeft moeten maken en verminderd met de hem door de beëindiging bespaarde kosten. De opdrachtnemer zendt de opdrachtgever een gespecificeerde eindafrekening van wat de opdrachtgever als gevolg van de opzegging verschuldigd is.

Artikel 9: BOUWSTOFFEN

1. Alle te verwerken bouwstoffen moeten van goede hoedanigheid zijn, geschikt zijn voor hun bestemming en voldoen aan de gestelde eisen. De opdrachtnemer stelt de opdrachtgever in de gelegenheid bouwstoffen te keuren. De keuring dient te geschieden bij de aankomst hiervan op het werk (eventueel op overeengekomen monsters) of bij de eerste gelegenheid daarna, mits in dat laatste geval de voortgang van het werk niet in gevaar komt.
2. De opdrachtgever is bevoegd bouwstoffen door derden te laten onderzoeken. De daaraan verbonden kosten komen voor zijn rekening, behalve ingeval van afkeuring, in welk geval de kosten voor rekening van de aannemer komen. Door de opdrachtgever ter beschikking gestelde bouwstoffen worden geacht te zijn goedgekeurd.
3. Zowel de opdrachtgever als de opdrachtnemer kunnen ingeval van afkeuring van bouwstoffen vorderen dat een in onderling overleg getrokken, door beiden gewaarmerkt verzegeld monster wordt bewaard.
4. De uit het werk komende bouwstoffen, waarvan de opdrachtgever heeft verklaard dat hij ze wenst te behouden, dienen door hem van het werk te worden verwijderd. Alle andere bouwstoffen worden door de aannemer afgevoerd, onverminderd de aansprakelijkheid van de opdrachtgever op grond van artikel 4, vijfde lid.
5. Voor de aangevoerde bouwstoffen draagt de opdrachtgever het risico van verlies en/of beschadiging vanaf het moment waarop zij op het werk zijn aangevoerd gedurende de tijd dat deze daar buiten de normale werktijden onder toezicht van de opdrachtgever verblijven.

Artikel 10: MEER EN MINDER WERK

1. Verrekening van meer en minder werk vindt plaats:
a. ingeval van wijzigingen in de overeenkomst dan wel de voorwaarden van uitvoering;
b. ingeval van afwijkingen van de bedragen van de stelposten;
c. ingeval van afwijkingen van verrekenbare hoeveelheden;
d. in de gevallen vertraging, vervangen van materialen of in gebreke blijven van opdrachtgever.

2. Indien bij de eindafrekening van het werk blijkt dat het totaalbedrag van het minder werk het totaalbedrag van het meer werk overtreft, heeft de aannemer recht op een bedrag gelijk aan 10% van het verschil van die totalen.
3. Wijzigingen in de overeenkomst dan wel de voorwaarden van uitvoering zullen schriftelijk worden overeengekomen. Het gemis van een schriftelijke opdracht laat de aanspraken van de aannemer en van de opdrachtgever op verrekening van meer en minder werk onverlet. Bij gebreke van een schriftelijke opdracht rust het bewijs van de wijziging op degene die de aanspraak maakt.
4. Stelposten zijn in de overeenkomst genoemde bedragen, die in de aannemingssom zijn begrepen en die bestemd zijn voor hetzij

- het aanschaffen van bouwstoffen, hetzij
- het aanschaffen van bouwstoffen en het verwerken daarvan, hetzij
- het verrichten van werkzaamheden, welke op de dag van de overeenkomst onvoldoende nauwkeurig zijn bepaald en welke door de opdrachtgever nader moeten worden ingevuld. Ten aanzien van iedere stelpost wordt in de overeenkomst vermeldt waarop deze betrekking heeft.

5. Bij de ten laste van stelposten te brengen uitgaven wordt gerekend met de aan de aannemer berekende prijzen respectievelijk de door hem gemaakte kosten, te verhogen met een aannemersvergoeding van 10%.

6. Indien een stelpost uitsluitend betrekking heeft op het aanschaffen van bouwstoffen, zijn de kosten van het verwerken daarvan in de aannemingssom begrepen en worden deze niet afzonderlijk verrekend. Deze kosten zullen echter worden verrekend ten laste van de stelpost, waarop de aanschaffing van die bouwstoffen wordt verrekend voor zover zij door de invulling die aan de stelpost wordt gegeven hoger zijn dan die waarmee de aannemer redelijkerwijs rekening heeft moeten houden.
7. Indien een stelpost betrekking heeft op het aanschaffen van bouwstoffen en het verwerken daarvan, zijn de kosten van verwerking niet in de aannemingssom begrepen en worden deze afzonderlijk ten laste van de stelpost verrekend.
8. Indien in de overeenkomst verrekenbare hoeveelheden zijn opgenomen, en deze hoeveelheden te hoog of te laag blijken om het werk tot stand te brengen, zal verrekening plaats vinden van de uit die afwijking voortvloeiende meer of minder kosten.

Artikel 11: BETALING

1. Indien betaling in termijnen is overeengekomen, zendt de aannemer de desbetreffende termijnfactuur aan de opdrachtgever met vermelding van de verschuldigde omzetbelasting. Indien opdrachtgever niet akkoord gaat met een factuur, dan dient deze binnen 7 dagen na ontvangst schriftelijk te reclameren, daarna vervalt het recht op reclamatie.

2. Binnen een redelijke termijn na de oplevering dient de aannemer de eindafrekening in. De eindafrekening biedt een volledig overzicht van al wat partijen over en weer als gevolg van de overeenkomst verschuldigd zijn en waren. In de eindafrekening wordt daartoe onder meer opgenomen:

- de aannemingssom
- een specificatie van het meer en minder werk
- de omzetbelasting
- garantiecertificaat indien overeengekomen

3. Betaling van een factuur dient plaats te vinden uiterlijk 30 dagen na de dag waarop de aannemer de factuur aan de opdrachtgever heeft toegezonden. Bij overschrijding van de betalingstermijn is opdrachtgever een rente over het openstaande bedrag verschuldigd van 1% per maand.
4. De aannemer is bevoegd het bedrag van een factuur te verhogen met een kredietbeperkingstoeslag van 2%. De toeslag wordt verschuldigd indien betaling plaatsvindt na de gestelde termijn.
5. Een beroep op garantie of aanspraak op herstel van gebreken of schade geeft geen recht op uitstel van de betalingsverplichting van de opdrachtgever.

Artikel 13: IN GEBREKE BLIJVEN VAN DE OPDRACHTGEVER

1. Indien de opdrachtgever met de betaling van wat hij als gevolg van de overeenkomst aan de aannemer verschuldigd is in gebreke blijft, is hij daarover met ingang van de vervaldag een rente van 1% per maand verschuldigd.

2. Indien de opdrachtgever niet tijdig betaalt, is de aannemer gerechtigd tot invordering van het verschuldigde over te gaan, mits hij de opdrachtgever schriftelijk heeft aangemaand om alsnog binnen 7 dagen te betalen en die betaling is uitgebleven. Indien de aannemer tot invordering overgaat, zijn alle daaraan verbonden buitengerechtelijke kosten en de rentekosten, gerekend vanaf de factuurdatum, voor rekening van de opdrachtgever.
3. Indien de opdrachtgever een termijn niet tijdig betaalt, is de aannemer gerechtigd het werk stil te leggen tot het moment waarop de verschuldigde termijn is voldaan, mits hij de opdrachtgever schriftelijk heeft aangemaand om alsnog binnen 7 dagen te betalen en die betaling is uitgebleven. Het in de vorige zin bepaalde laat onverlet het recht van de aannemer op vergoeding van schade, kosten en interesten.
4. Indien gedurende het op grond van het vorige lid stilleggen van het werk schade aan het werk of vervolgschade ontstaat, komt deze niet voor rekening van de aannemer.

Artikel 14: GEWIJZIGDE UITVOERING

Indien tijdens de uitvoering van het werk blijkt, dat het werk of een onderdeel daarvan door onvoorziene omstandigheden slechts gewijzigd kan worden uitgevoerd, treedt de partij die het eerst met deze omstandigheid bekend wordt in overleg met de andere partij. De aannemer wijst de opdrachtgever daarbij op de financiële consequenties. Een overeengekomen gewijzigde uitvoering wordt als meer en minder werk verrekend.

Artikel 15: AANSPRAKELIJKHEID EN GESCHILLEN

1. Voor de beslechting van de in dit artikel bedoelde geschillen doen partijen afstand van hun recht deze aan de gewone rechter voor te leggen, behoudens ingeval van het nemen van conservatoir maatregelen en de voorzieningen om deze in stand te houden en behoudens de in het derde lid omschreven bevoegdheid.
2. Alle geschillen - daaronder begrepen die, welke slechts door een der partijen als zodanig worden beschouwd - die naar aanleiding van deze overeenkomst of van de overeenkomsten die daarvan een uitvloeisel zijn, tussen opdrachtgever en aannemer mochten ontstaan, worden beslecht door arbitrage in overeenstemming met de regelen beschreven in de statuten van de Raad van Arbitrage voor de Bouwbedrijven in Nederland, zoals deze drie maanden voor het tot stand komen van de overeenkomst luiden.
3. In afwijking van het tweede lid kunnen geschillen, welke tot de competentie van de kantonrechter behoren, ter keuze van de meest gerede partij ter beslechting aan de bevoegde kantonrechter worden voorgelegd.